๐๐๐๐ซ๐จ๐ฆ ๐ฐ๐๐ญ๐๐ง๐ฌ๐๐ก๐๐ฉ๐ฉ๐๐ฅ๐ข๐ฃ๐ค ๐๐๐ฐ๐ข๐ฃ๐ฌ ๐๐๐ฅ๐๐ง๐ ๐ซ๐ข๐ฃ๐ค ๐ข๐ฌ (๐ฆ๐๐๐ซ ๐จ๐จ๐ค ๐๐๐ฉ๐๐ซ๐ค๐ญ)
Vandaag
๐. ๐๐๐๐ซ๐จ๐ฆ ๐ฐ๐๐ญ๐๐ง๐ฌ๐๐ก๐๐ฉ๐ฉ๐๐ฅ๐ข๐ฃ๐ค ๐๐๐ฐ๐ข๐ฃ๐ฌ ๐๐๐ฅ๐๐ง๐ ๐ซ๐ข๐ฃ๐ค ๐ข๐ฌ (๐ฆ๐๐๐ซ ๐จ๐จ๐ค ๐๐๐ฉ๐๐ซ๐ค๐ญ)
Wetenschap streeft naar objectiviteit en reproduceerbaarheid om algemene waarheden te vinden. Dat is nuttig voor beleid, medicijnontwikkeling en het uitsluiten van placebo-effecten of bias.
Maar bij hormonale klachten is dit inderdaad problematisch: hormonen fluctueren niet alleen per dag, maar ook per individu. Een "controlegroep" is dan bijna fictief, omdat geen twee vrouwen identieke cycli hebben.
๐. ๐๐๐ญ ๐ฉ๐ซ๐จ๐๐ฅ๐๐๐ฆ ๐ฏ๐๐ง "๐๐๐ฐ๐ข๐ฃ๐ฌ๐ฅ๐๐ฌ๐ญ" ๐ฏ๐จ๐จ๐ซ ๐ฌ๐ฎ๐๐ฃ๐๐๐ญ๐ข๐๐ฏ๐ ๐๐ซ๐ฏ๐๐ซ๐ข๐ง๐ ๐๐ง
Vrouwen worden vaak weggezet als "emotioneel" of "subjectief", waardoor hun klachten pas serieus genomen worden als er "hard" wetenschappelijk bewijs is. Dit is een diepgeworteld genderprobleem in de geneeskunde (bijv. endometriose duurde gemiddeld 7-10 jaar om gediagnosticeerd te worden).
Wetenschap kan niet alles meten: pijn, vermoeidheid of stemmingswisselingen zijn subjectief. Toch zijn ze echt. De vraag is: waarom eisen we een hogere bewijslast voor ervaringen die vooral vrouwen treffen?
๐. ๐๐ข๐ ๐๐๐ญ๐ ๐๐ฅ๐ฌ ๐๐ฅ๐ญ๐๐ซ๐ง๐๐ญ๐ข๐๐?
Onze suggestie van data-analyse is waardevol: door patronen te zoeken in grote datasets (bijv. via wearables die hormonen meten, of onderzoeken zoals de menstuatietest en de hormoontest), kun je correlaties vinden zonder kunstmatige controle groepen.
Voorbeeld: Onderzoek naar PMS gebruikt vaak retrospectieve vragenlijsten, maar real-time data tracking (zoals dagelijkse hormoonmetingen) zou individuele patronen zichtbaar kunnen maken, in plaats van te generaliseren.
๐. ๐๐ ๐ฆ๐๐๐ก๐ญ๐ฌ๐ฏ๐ซ๐๐๐ : ๐ฐ๐ข๐ ๐๐๐ฉ๐๐๐ฅ๐ญ ๐ฐ๐๐ญ "๐๐๐ฐ๐ข๐ฃ๐ฌ" ๐ข๐ฌ?
De medische wereld hanteert vaak strikte criteria (dubbelblind onderzoek) die niet altijd passen bij chronische of cyclische klachten. Dit kan leiden tot onderdiagnosticering.
Een oplossing isย meerdere soorten bewijsย naast elkaar te accepteren: kwalitatieve verhalen (ervaringen), observationele data, en persoonlijke biomarkers. Bijv.: "50% van de vrouwen meldt X klacht rond dag 20 van hun cyclus" is al waardevol, ook zonder precieze causale verklaring.
๐๐จ๐ง๐๐ฅ๐ฎ๐ฌ๐ข๐
Wetenschap is een nuttig gereedschap, maar niet neutraal: het reflecteerthistorische vooroordelen over wat "geldig" bewijs is. Voor hormonale klachten zou een combinatie van big data, persoonlijke monitoring en erkenning van ervaringskennis beter werken dan alleen traditionele onderzoeken. De kernvraag is niet "kunnen we het bewijzen?", maar "waarom eisen we bewijs voordat we luisteren?".